M. Robert Badey, Schleusewärter auf Schleuse nr. 15  Ozean von 1945 bis 1978:

„Ich sah Tonnen von Steinkohle aus der Mine in Montceau vorbeigehen.“

Der Kanal wurde gegraben um die Schwierigkeiten beim Transport auf dem Weg zu beiseitigen und wurde geöffnet für den Schiffahrt in 1793 ; weil er die Saône und die Loire verbindet, hat der Kanal auch die Gelegenheit geboten die lokale Produkte zu transportieren : Wein, Getreide, Heu, Holz, Steinen, Steinkohle ¨aus dem Boden…¨

Weiter hat der Kanal mit seiner Länge beigetragen  an den Aufschwung der Industrie im 19. Jahrhundert, insbesondere mit der Entwickelung des  Steinkohlbeckens von Blanzy, von Fabriken und Töpfereien.

Die Steinkohle blieb lange Zeit die Star des Kanals : der Hafen in Montceau-les-Mines hat ein lebhaftes Treiben gekannt ; die Verschiffung von Steinkohle erreichte in 1928 über 580 000 Tonnen.

In der Schleuse nr. 15 sind zahlreiche Ladungen durchgeschleust mit Steinkohle aus der Minen in der Gegend die als Bestimmung die Fabriken in Roanne und Gueugnon hatten. In Génelard  kam die Steinkohle aus der Mine Bonin Bonnot an mit dem kleinen Eisenbahn auf der Laderampe, die man jetzt noch sehen kann von hier 500 Meter stromaufwerts.

Ein Kohlenherd hat Jahre hindurch die Schleusewächterwohnung nr. 15 beheitzt, jetzt ist der Herd mit Holzgranulat.

Nach einem fürchterlich nassen Septembermonat in dem der Boden völlig gesättigt war vom Wasser, waren die Niederschläge am 30 aussergewöhnlich heftig. Die Bourbince erlebte ¨den höchsten Wasserstand des Jahrhunderts¨ mit in der Nacht ein Hochwasser von 4.75 Meter in Montceau, wo der heikele Punkt auf 1.65 Meter lag.

Die Minen füllten sich mit Wasser. Im Laufe der Nacht  brachen die Ströme, blokkiert bei der enge Eingang der Schleuse, durch die Ufer, trat aus den Ufern , lief hinter die Schleusewärtwohnung, zerstörte den Weg nach Civry um später sein Lauf stromabwärts wieder zu finden.

Dasselbe geschah auch im Zentrum Génelards an der Schleuse beim Bassin.

Markante Entwicklungen für Schleuse nr. 15.

Die Rohstoffe und Produkte aus Génelard und Umgebung haben das wirtschaftliche Treiben entwickelen können dank dem Kanal ; Kalkstein, Holz, Pflastersteine, Steinkohle, Ton, Dachziegel, Ziegelsteine…..

Um mehr darüber  zu entdecken,  folge den Wasserweg, der unten im Trassee läuft.

De chemin d’interprétation, der Wanderweg mit Interpretation am Trassee entlang fängt im Anlegeplatz an und führt über zwei Kilometer ins Dorf hinein.

Der Wanderweg am Trassee des Kanals entlang lädet ein zum Spaziergang um alles was hier auf dem Schild geschrieben selber zu entdecken.

M. Robert Badey, sluiswachter op de 15 Oceaan van 1945 tot 1978:

« Ik heb tonnen steenkool uit de mijnen uit Montceau voorbij zien gaan. »

Gegraven om het lastige transport over de weg te ondervangen werd het canal du Centre geopend voor de scheepvaart in 1793 ; doordat het de Saône met de Loire verbindt, bood het ook de gelegenheid om locale producten te vervoeren : wijn, graan,hooi, hout, stenen, steenkool ¨uit de grond¨…

Vervolgens droeg het kanaal  over de hele lengte bij aan de opbloei van de industrie in de 19e eeuw, met in het bijzonder de ontwikkeling van het steenkolenbekken van Blanzy, van staalfabrieken en pottenbakkerijen.

De steenkool bleef lange tijd de ster van het kanaal : de haven van Montceau-les-Mines kende een hevige bedrijvigheid ; het verschepen van steenkool bereikte in 1928 meer dan 580 000 ton.

In sluis n° 15 zijn talrijke ladingen steenkool uit de plaatselijke mijnen geschut met voornamelijk als bestemming de fabrieken van Roanne en Gueugnon. In Génelard kwam de steenkool uit de mijn van Bonin Bonnot aan met het kleine spoorlijntje op het laadperron wat je van hier nu nog kan zien zo’n 500 meter stroomopwaarts.

Een kolenkachel heeft jarenlang sluiswachtershuis 15 verwarmd, tegenwoordig is die vervangen door een kachel met houtkorrels.

Na een ontzettend regenachtige septembermaand in 1965 waarin de grond volledig verzadigd was van het water, waren de buien op 30 september  buitengewoon hevig. De Bourbince beleefde de¨  waterstand van de eeuw¨ met in de nacht de hoogste waterstand van 4.75m in Montceau (waar het kritieke punt op 1.65m lag).

De mijnen liepen onder water. Gedurende de nacht brak de stroming , geblokkeerd bij de nauwe ingang van de sluis door de oevers heen, overstroomde  uit de bedding, liep achter het sluiswachtershuis n°15 langs, vernielde de weg naar Civry en hervond zijn loop stroomafwaarts.

Hetzelfde herhaalde zich in het centrum van Génelard bij de sluis van het Bassin.

Markante ontwikkelingen voor sluis 15.

De grondstoffen en de producten uit Génelard en omgeving hebben de economische bedrijvigheid mede ontwikkeld dankzij het kanaal ; kalksteen, hout, straatstenen, steenkool, klei, dakpannen, bakstenen…..

Ga deze waterweg, die in deze spectaculaire vaargeul loopt  maar ontdekken om er meer over te weten te komen!

De chemin d’interprétation, de wandelroute met uitleg langs de vaargeul begint bij de aanlegplaats en is twee kilometer lang tot midden in het dorp.

De wandelroute met uitleg langs de vaargeul in hartje Génelard nodigt u uit  deze wandeling te maken om te ontdekken wat dit bord  u te vertellen heeft.